Natuur(lijk): dag 13

Vandaag zouden we kijken wat we wilden gaan doen vandaag. We waren er al snel uit, het zou iets zijn met omgeving en natuur. natuurlijk hopen wij nog altijd op lange wandelingen, maar om de een of andere reden lukt dat hier niet echt.

We hadden gehoord over het eiland Æbelo en wilden daar best wel naartoe. We wisten dat we niet het eiland op zouden kunnen want daarvoor moet je eerst wadlopen. In totaal kun je daar een prachtige wandeling van een kilometer of 13 tot 15 maken. Echt iets voor ons, behalve dan dat je wel moet zorgen dat je het juiste getijde hebt, anders is het best een lang stuk zwemmen.  Aan de buren die hier het een en ander doen op de camping vroeg ik of zij nog tips hadden. Nou Claus had nog wat foldertjes voor ons gepakt.

Voor Æbelo moesten we bijna een uur omhoog rijden en voor Helnæs moesten we een half uurtje naar onder. Wij gingen vol goede moed op pad. Truus leidde ons over prachtige provinciale wegen en wat kleinere weggetjes. Dat het geen snelweg is heeft zo zijn voordelen. Je ziet in ieder geval nog eens iets.

Vlakbij het punt waar vanuit we Æbelo konden zien, zag ik een rode wouw. Gauw de auto aan de kant gezet en nog wat foto's geprobeerd te maken. natuurlijk was deze vogel weer net te ver weg, maar dat mocht de pret niet drukken.  Op het parkeerterrein aangekomen werd ik aangesproken in het Deens of ik de weg wist naar Æbelo. Ik lijk dus al Deens. De vrouw van de man wees op mijn nummerbord en toen hadden ze snel door dat ik geen Deens spreek. De route had ik dan weer wel. Deze had ik eergisteren gedownload als gpx bestand voor de tracker en kon ik de man zo laten zien.

Wij gingen niet naar de overkant. Niet omdat we niet wilden, we wilden niets liever, maar we hadden helemaal nooit bedacht dat we in laagtij daar aan zouden komen en we hadden ons er niet op  voorbereid wat betreft kleding en eten en schoenen etc. We zagen een aantal mensen gaan. Misschien wel met een gids, dat weet ik niet. Ze liepen langs de stokken in het water maar stonden op het ene punt tot hun dijen en op het andere punt top aan hun kruis in het water. Het was een prachtige omgeving en we hebben daar heerlijk gezeten en geluncht. 

Daarna zijn we naar het Gyldersteen strand gegaan. Daar zijn we naar de kijkhut gelopen. Vanaf hier is Æbelo heel mooi te zien. Op Æbelo leven arenden. Wij hebben er geen een gespot. Het is alsof je naar de Oostvaarderplassen of de Biesbosch gaat om de zeearend te zien, dan zie je 'm ook nooit. Wel hebben we een valk, een boel ganzen, reigers en zilverreiger, zwaluwen en de veldleeuwerik gezien. Die laatste heb ik ook nog vast kunnen leggen. Evenals een vlinder. Hier kwamen we dezelfde Denen weer tegen die ook niet naar Æbelo gingen lopen. 

Nu bedachten we dat het handig was om haarelastieken te halen. Ze lagen klaar thuis, maar ik had al in mijn tas. Bleken dat later dus kleintjes te zijn. Dus wij naar Bogense. Daar hebben we ze gehaald bij de Matas. Vervolgens gingen we nog naar de Netto. Of ik extra kon pinnen. Nou dat kon wel. 800 kronen extra, pakte ie niet. 500 kronen extra pakte die ook niet. En de rij werd langer en langer. Met de Visa dan misschien. 800 kronen pakte ie niet, 500 niet, 300 niet. Ik zei dat ze vast zouden denken dat we geen geld meer hadden. Dat was niet zo verzekerde de eerste helft van de rij ons. Daarna de 9,5 kronen gepind en op zoek naar de bank. Voor de bank zagen we een bordje met wc. Ik had Sabine op een drankje willen trakteren en gelijk willen plassen, maar de drinkgelegenheid was dicht en nu stond er zomaar een bordje wc. Wij naar boven met de auto en daar geparkeerd. Het was bij een kerkje en een hofje en zag er leuk uit. maar wij konden nergens nog een bordje wc vinden. Een stukje lopen. Niets. Toen terug aan wat aardige dames op leeftijd gevraagd. Ze wilden ons persoonlijk brengen. De auto stond er gewoon voor, maar de zijkant van het bordje stond naar de ruit, dus wij konden nooit zien dat het een bordje was.

Na onszelf weer geledigd te hebben zijn we van Bogense naar Helnæs. Dat zou een uur duren. Helnæs is erg mooi en we hadden daar zeker een dag kunnen besteden aan wandelen, echter was het nu al half zes en we waren best moe van het reizen.

Sabine reed terug en zorgde ervoor dat we op punten konden stoppen voor  foto's. We wisten van de heenreis wat we ongeveer wilden vastleggen en of er wel of geen plak was om de auto neer te zetten. Op de terugweg kwamen we ook nog langs een grafheuvel. 

Op de camping aan gekomen zijn we gelijk de pasta gaan maken. In het zonnetje aan de picknicktafel, welke bij ons voor de tent staat, hebben we dat lekker opgegeten. Daarna de foto's ingeladen en afwassen en douchen. Onderhand ben ik alweer  flink afgekoeld, de hotspot doet het niet en de foto's willen niet inladen. Ik denk nog een theetje en dan naar bed. Morgen willen we vertrekken  richting Sjealland.  De camping die we op aanraden van de eerste Deense buren willen bezoeken en hebben gemaild heeft nog niet teruggemaild. Het wordt dus een hele uitdaging om zonder internet een andere camping te vinden.